NACHTZICHT ONTSLUIERD: DRIE TECHNOLOGIEËN OP EEN RIJ
In dit artikel gaan we dieper in op de diverse nachtzichttechnologieën die beschikbaar zijn voor de Nederlandse jager, met name restlichtversterking, digitaal en warmtebeeld. Hierbij gaan we niet alleen in op het technische aspecten maar kijken we ook naar de voor- en nadelen van elke technologie.
RESTLICHTVERSTERKING
Restlichtversterkers zijn bekend van het typische groen/zwarte beeld. Het hart van deze technologie bestaat uit een elektronenbuis waarmee onder lichtzwakke omstandigheden, zoals ’s nachts, de intensiteit van beschikbaar licht in een optisch systeem kan worden versterkt. Het weinige licht dat er bij nacht in de omgeving aanwezig is, van sterren, de maan… noemen we restlicht, vandaar de naam van deze technologie. Zoals reeds aangehaald is het beeld van een restlichtversterker van oudsher groen/zwart gekleurd. Intussen zijn er ook andere beeldkleuren zoals wit/zwart beschikbaar.
Wie met nachtzicht begint, hoort al snel de term ‘generatie’ vallen. Het is belangrijk te weten dat deze term enkel slaat op restlichtversterking, en niet op warmtebeeld of digitaal nachtzicht. Deze ‘generaties’ zijn een indicatie van het versterkingsniveau van restlichtkijkers. Waar het ooit begon met generatie nul, is de eerste generatie momenteel het instapniveau. Verwacht geen wonderen maar met behulp van een goede infraroodlamp vormt de eerste generatie een mooie instap in de wereld van nachtzicht.
Technologie van de tweede generatie doet er een schepje bovenop door het aanwezige aantal elektronen in de versterkerbuis gevoelig te vergroten. Vergeleken met de eerste generatie heeft de tweede generatie voor een duidelijk zichtbare verbetering in kwaliteit en helderheid van het beeld. Ook de afstand waarop men nog kan waarnemen neemt drastisch toe. Het restlicht kan in deze generatie tot wel 30.000 keer versterkt worden. Deze tweede generatie is momenteel het meest populaire type van restlichtversterking in de jachtmarkt. Een stap verder gaan technologieën van de derde en zelfs vierde generatie die een nog hogere gevoeligheid en een nog betere respons bij lage lichtsterktes hebben. Dit is het soort dat vooral door professionals gebruikt wordt.
DIGITALE NACHTKIJKERS
Zo complex de technologie van restlichtversterking is, zo eenvoudig die van digitaal nachtzicht. In feite komt het er bij digitale nachtkijkers op neer dat hun technologie ontleend wordt aan die van digitale camera’s. Men maakt namelijk gebruik van dezelfde lichtgevoelige CMOS en CCD sensoren die ook in ‘gewone’ camera’s dienst doen. Belangrijk om te weten is dat deze sensoren gevoelig zijn voor infrarood licht. Naast een lichtgevoelige sensor is het aantal componenten van een digitale nachtkijker eerder beperkt. Veelal bestaat deze verder uit een objectieflens die zorgt voor een optische zoom, een processor die de signalen van de sensor omzet in beeld, een micro-display (veelal LCD of OLED) waarop de beelden die de processor vormt getoond worden en een oculair dat het mogelijk maakt om de beelden op het micro-display voldoende uitvergroot te zien. Verder is er uiteraard ook stroomvoorziening nodig in de vorm van batterijen. Tot slot, heel belangrijk, zijn de meeste digitale nachtkijkers standaard voorzien van een infraroodlamp.
Infrarood licht is vitaal voor het gebruik van digitaal nachtzicht. Het ene kan niet zonder het andere. Infrarood straling heeft een langere golflengte dan zichtbaar licht en is dus onzichtbaar voor onze ogen. In tegenstelling tot onze eigen ogen zijn digitale nachtkijkers en restlichtversterkers echter gevoelig voor bepaalde frequenties infrarood licht. In geval er weinig of geen restlicht in de omgeving is, helpt infrarood licht om op een discrete (voor het menselijk oog onzichtbare) manier te zien in het donker. Hoewel infrarood licht niet zichtbaar is voor het menselijk oog, kan het wild bepaalde golflengtes van infrarood licht (onder de 900nm) wel waarnemen. Daarom zweren velen bij het gebruik van infraroodlampen met een golflengte van 900nm en hoger. Echter hoe langer de golflengte, hoe korter de bruikbare afstand van een infraroodlamp. Belangrijk om te weten is dat golflengtes van 900nm en langer bijna uitsluitend zichtbaar zijn voor digitale nachtkijkers en niet meer voor veel restlichtkijkers.
WARMTEBEELD
Warmtebeeldkijkers geven uitsluitend de temperatuurverschillen in de omgeving weer. De warmbloedige zoogdieren waarop wij jagen komen zo enorm goed in beeld. Warmtestraling is namelijk een vorm van infraroodstraling, echter in een ander deel van het spectrum met een langere golflengte dan de infraroodstraling die we voor digitale nachtkijkers gebruiken.
Bij warmtetechnologie wordt de thermische straling door een speciale lens verzameld. Omdat warmtestraling weerkaatst op glas, wordt er een lensmateriaal gebruikt, meestal Germanium, dat de warmtestraling doorlaat. Daarbij geldt ook, hoe groter de objectieflens, hoe hoger de optische vergroting van deze lens, hoe smaller echter het gezichtsveld van de kijker. Zo zal een lens van 28mm een lagere optische vergroting hebben dan een lens van 50mm. Echter zal het zichtveld van de kleinere lens breder zijn.
Door de objectieflens wordt de straling naar een warmtegevoelige sensor geleid. Deze sensor, ook bekend als een microbolometer, zet de warmtestraling om in elektrische impulsen. Deze impulsen hebben een bepaalde pixelgrootte waarbij 17 micron doorgaans de norm is. Daarbij heeft de sensor ook een werkingssnelheid, of frequentie, waarmee het beeld ververst wordt. Dit wordt uitgedrukt in Herz (Hz). Enkel sensoren met een frequentie van 50Hz of meer geven een constant, vloeiend beeld zonder haperingen, schokken of dergelijke, zelfs wanneer het wild zich snel voortbeweegt of jij zelf als kijker je in een rijdende auto bevindt. Daarbij is ook de resolutie van de sensor van belang. Hoe groter de resolutie, des te kwaliteitsvoller de warmteverschillen worden weergegeven.
Nadat de sensor de warmtestraling omzet in elektronen, gaat een beeldprocessor aan de slag om de elektrische impulsen met enorme precisie op een beeldscherm weer te geven. Ook hier, hoe hoger de resolutie van het beeldscherm, hoe kwaliteitsvoller het beeld. Daar waar de eerste thermische kijkers slechts beelden toonden in wit/zwart nuances is er nu vaak een hele variatie aan kleurenschema’s beschikbaar. Hierbij geldt steeds dat dieren, personen, objecten… die relatief warmer zijn dan hun omgeving in het beeld contrasteren. Naast de optische vergroting van de objectieflens, kunnen veel thermische kijkers ook digitaal zoomen. Dit gebeurt softwarematig waarbij het digitale beeld uitvergroot wordt. Hierdoor geldt, hoe groter de resolutie van het beeldscherm, hoe kwaliteitsvoller het beeld blijft bij digitaal zoomen.
Tot slot speelt ook het oculair van een thermische kijker een belangrijke rol. Dit is een optisch gegeven met een of meerdere lenzen. Hoe beter deze optiek is geconcipieerd, hoe natuurlijker het beeld wordt. Er zijn warmtebeeldkijkers op de markt die weliswaar een goed thermisch beeld genereren, maar waarbij het oculair van die mate is dat het lijkt alsof je constant naar een lichtgevende postzegel zit te kijken (het beeldscherm). Een kwalitatief hoogstaand oculair zorgt er voor dat je bij een thermische kijker op een natuurlijke manier in het beeld kijkt.
VOOR- EN NADELEN
Het grootste voordeel van restlichtversterking en digitaal is het natuurgetrouwe, realistische beeld. Topkwaliteit restlicht is hierin zelfs nog beter dan digitaal nachtzicht. Op gebied van herkenning en identificatie scoort deze technologie dan ook erg goed. Wanneer we echter over detectie spreken, dan is warmtebeeld vergeleken met eender welk ander type dagoptiek of nachtzicht onverslaanbaar. En dit ‘s nachts, maar ook overdag. Daarbij is de beeldkwaliteit van thermische kijkers gevoelig verbeterd waardoor je met de betere kijkers niet alleen kan detecteren en herkennen maar ook identificeren. Zo kan je bijvoorbeeld niet alleen het verschil tussen een zeug en een beer waarnemen, maar zelfs aan de tepels van de zeug zien of ze zoogt.
Vergeleken met restlichtversterking en digitaal nachtzicht heeft warmtebeeld de neiging om aan dieptezicht in te boeten. Vandaar zijn de betere thermische kijkers uitgerust met een stadimetrische afstandsmeter of zelfs een laserafstandsmeter.
Een nadeel van digitaal vergeleken met restlicht en warmtebeeld is dat je altijd een infraroodlamp nodig hebt. Je kan dat ook maar zo ver zien als je lamp kan schijnen.
Restlichtversterkers kunnen beschadigd worden wanneer er te veel licht in de buis komt. Dit is waarom restlichtversterkers voorzien zijn van een objectiefkap met een klein gaatje of een donker lensje. Met deze kap kan je de restlichtkijker overdag gebruiken zonder het risico te lopen dat de kijker beschadigd wordt. Het risico op schade door fel licht is bij warmtebeeld en digitale kijkers onbestaande. De laatste twee types ondervinden geen hinder van fel licht en worden zelfs overdag met succes ingezet.
In tegenstelling tot restlichtversterking, die heel energiezuinig zijn, maar gelijkaardig aan digitaal nachtzicht is het energieverbruik van warmtebeeldkijkers niet gering. Daar waar men eerder werkte met klassieke batterijen zijn er nu toestellen beschikbaar met performante, compacte battery packs die lang meegaan en afhankelijk van het type kijker vaak ook uitwisselbaar zijn.
Een van de grote voordelen van warmtebeeld en digitaal is dat beide technologieën de mogelijkheden van een camera bieden en je dus foto’s en/of video kan maken. Zo hebben de meeste toestellen op minstens een AV-poort (om aan te sluiten op een extern scherm, een externe recorder…) terwijl enkelen zelfs zijn voorzien van een interne recorder en een eigen geheugen, net zoals je fototoestel. Restlichtversterkers hebben deze mogelijkheid niet.
Het is goed om te onthouden dat, in tegenstelling tot digitaal en warmtebeeld, beeldversterkerbuizen een beperkte levensduur hebben en kunnen ‘verslijten’. We hebben het hier over een levensduur van duizenden uren die een niet-professionele gebruiker moeilijk zal halen. Het is echter opletten met schijnbaar interessante aanbiedingen van topkwaliteit toestellen op de tweedehandsmarkt. Dit kunnen professionele toestellen zijn die al een heel leven achter de rug hebben en niet meer zo performant zijn als ze ooit waren.
TOT SLOT
Voor jagers is een thermische kijker een bijzonder hulpmiddel omdat men met één blik ziet waar het wild zich bevindt, het herkent, ziet hoeveel dieren het zijn... en dat vaak tot op een indrukwekkende afstand. Thermische kijkers zijn zo precies dat je in het pikkedonker de muizen door het bos ziet lopen en de duiven in de bomen ziet slapen. De natuur komt letterlijk tot leven. Grotere dieren, of ongewenste gasten, in je jachtgebied blijven nooit lang verborgen. Wild dat zelfs met een ander type nachtzichttechnologie verborgen blijft, komt dankzij een warmtebeeldkijker in een oogopslag tevoorschijn. Warmtebeeld is ook meer dan alleen nachtzicht. Thermische kijkers kunnen perfect op klaarlichte dag ingezet worden met dezelfde doeltreffendheid als ‘s nachts. Voor wildobservatie en –tellingen is warmtebeeld dan ook de ultieme technologie.
Digitaal nachtzicht vormt een laagdrempelige manier om met nachtzicht aan de slag te gaan. Vergeleken met de andere technologieën restlichtversterking en warmtebeeld is digitaal nachtzicht het eenvoudigst en het voordeligst in aanschaf. Qua identificatie en detectie hebben respectievelijk restlicht en thermisch meer kwaliteit in huis, waardoor je veel gebruikers ziet doorstromen van digitaal naar een van de andere technologieën. Vanuit een prijs/kwaliteitsverhouding is digitaal nachtzicht echter een heel grote aanrader.
Vergeleken met warmtebeeld en digitaal is restlichtversterking op gebied van beeldkwaliteit nog steeds de absolute top. Identificeren van wild, correct en met vertrouwen aanspreken, is zonder meer perfect mogelijk terwijl je ook inzicht behoudt op de omgeving. Daarbij, niet onbelangrijk, kan je ook afstanden en diepte doeltreffend inschatten.
Of het nu over restlichtversterking, warmtebeeld of digitaal gaat, elke technologie blinkt ergens in uit. Ga bij de keuze voor nachtzicht dus niet over één nacht ijs. Hou rekening met je jachtgebied, wildsoorten en budget. Tracht daarnaast zoveel mogelijk toestellen te proberen om je eigen beeld te vormen van wat het best bij je past.
Reactie plaatsen
Reacties